EORI-nummer
Net zoals het BTW-nummer gebruikt wordt om uw firma te identificeren ten aanzien van de BTW-Administratie, wordt het EORI-nummer gebruikt om uw firma te identificeren inzake douanedoeleinden.
Om douane invoer- of uitvoeraangiften op naam van uw onderneming te kunnen uitstellen moet uw firma dan ook beschikken over een geldig EORI-nummer. Meer informatie, de betrokken aanvraagformulieren, etc. kan u vinden op de EORI webpagina van de Belgische douane.
Vraag dit EORI-nummer dus zeker tijdig aan!!
Indien u niet zeker weet of uw firma reeds over een geldig EORI-nummer beschikt kan u dit hier controleren (invoeren als “BE0XXXXXXXXX” = zelfde structuur als het KBO-nr).
HS codes en BTI
In douaneopzicht worden alle producten opgedeeld in goederencodes (HS codes). Deze code is gebaseerd op een door de Europese Unie samengestelde Gecombineerde Nomenclatuur. In België wordt deze Gecombineerde Nomenclatuur online ter beschikking gesteld d.m.v. TARBEL. U kent deze HS codes verder misschien ook als de “statistiek nummers” van uw Intrastat-aangifte.
Eén van de belangrijkste elementen in de douaneaangiften is dan ook het opgeven van de correcte HS code.
Het is immers a.d.h.v. deze goederencode dat de maatregelen (percentage invoerrechten, benodigde vergunningen, etc.) bij import en export bepaald worden en dit vormt dus gelijk ook één van de voornaamste punten van de douanecontrole.
Als importeur of exporteur kent u uw product natuurlijk het beste. U kan deze HS code(s) dan ook best steeds op de betrokken handelsdocumenten en/of transportdocumenten (laten) vermelden (bijvoorbeeld op de factuur, paklijst, apart overzicht bijgevoegd aan uw instructies, etc.) om zodoende een vlotte en correcte douaneafhandeling toe te laten.
Een bindende tariefinlichting (BTI) is een afspraak tussen u en de douane over de goederencode die de douane toepast. Dit geeft u de garantie dat de goederencode voor een bepaalde periode vastligt en u dus ook rechtszekerheid hieromtrent heeft. Doordat de goederencode is vastgelegd kan de douane ook sneller controles uitvoeren, wat voor u tijdwinst betekent.
De BTI kunt u gebruiken bij de in- en uitvoer van goederen.
Leveringscondities / Incoterms
De gehanteerde leveringsvoorwaarden (Incoterms: EXW, FOB, DDP, etc.) bepalen in eerste instantie wie verantwoordelijk is voor het organiseren (van welk deel) van het vervoer en wie instaat voor de bijbehorende douaneformaliteiten. Tevens regelen zij de afspraken tussen koper en verkoper wat betreft kosten- en risico-overdracht bij het transport van goederen.
Hiernaast spelen zij echter ook een belangrijke rol in het bepalen van de douanewaarde en maatstaf van heffing btw (zie onder).
Voornamelijk bij de invoer van goederen is het van groot belang om de douanewaarde van de zending en Maatstaf van Heffing voor de btw juist te bepalen, om zodoende ook een correcte douaneaangifte naar invoerrechten en btw te kunnen verkrijgen.
Voor uitvoer spreekt men over de statistische waarde van de goederen.
De leveringscondities dient u dus steeds duidelijk te communiceren en/of op de betrokken handelsdocumenten te vermelden.
Oorsprong van goederen
De oorsprong van een goed heeft betrekking op het land waar het vervaardigd is (en is dus niet noodzakelijk hetzelfde land als van waaruit de goederen verzonden werden).
Er zijn twee soorten oorsprong: preferentiële en niet-preferentiële oorsprong.
- De niet-preferentiële oorsprong is onder meer van belang voor de toepassing van quota’s, antidumpingrechten, embargo’s en voor de oorsprongsaanduiding op het product of de verpakking (bijvoorbeeld “made in China”).
- Preferentiële oorsprong is gerelateerd aan de handelsovereenkomsten die de Europese Unie met derde landen of groepen van landen heeft afgesloten. In deze handelsovereenkomsten zijn onder meer gunstige invoerrechten voorzien indien een goed aan bepaalde regels inzake productie of verwerking voldoet, dit zijn de zogenaamde oorsprongsregels.
Wanneer de goederen voldoen aan de in het akkoord gestelde oorsprongsregels kan de exporteur in het land van oorsprong een oorsprongsbewijs uitstellen of een verklaring op de handelsdocumenten vermelden (zelfcertificatie oorsprong) waarmee de importeur de gunstige tariefbehandeling kan aanvragen in het land van bestemming.
Invoertarieven / Douanewaarde
Indien de preferentiële tarieven niet kunnen worden toegepast gelden bij invoer in de EU de WHO-invoertarieven en andere heffingen van de EU. Deze WHO-invoertarieven zijn hetzelfde voor alle landen waar de EU geen handelsakkoord mee heeft.
De invoerrechten worden berekend over de douanewaarde, dewelke overeenstemt met de waarde van de goederen franco EU grens (CIF-value). D.w.z. de waarde van de goederen vermeerderd met alle kosten van vervoer, verpakking, verzekering, etc. tot op de plaats van binnenkomst EU.
De gehanteerde leveringsvoorwaarden (incoterms) spelen zoals hierboven reeds aangehaald dus ook een rol in het bepalen van de douanewaarde en maatstaf van heffing btw.
BTW
Wat is de procedure bij uitvoer?
In een B2B-omgeving (business to business) is de verkoop door uw bedrijf van goederen die vanuit België (of andere EU-lidstaat) naar een land buiten de EU worden uitgevoerd vrijgesteld van btw. De Belgische rechtsgrond wordt vastgelegd in artikel 39, §1 van het BTW-Wetboek. De vrijstelling wordt nu onderworpen aan de toepassingsvoorwaarden van dat artikel en aan de uitvoeringsbepalingen ervan (KB nr. 18).
Uw bedrijf moet, ter verantwoording van de btw-vrijstelling, kunnen aantonen dat de goederen effectief de EU hebben verlaten.
Dit moet gebeuren aan de hand van een geheel van documenten (vervoer, contract, betaling, douaneaangifte).
Het belangrijkste document bij deze bewijsvoering is het exemplaar 3 van de douaneaangifte ten uitvoer (douane exportdocument) die overeenkomstig de douanereglementering moet worden opgemaakt.
Deze aangifte moet samen met de uit te voeren goederen bij de douane worden aangeboden. Ze wordt eerst voor uitvoer vrijgegeven door het bevoegde douanekantoor en nadien, op het laatste EU douanekantoor (aan de grens), voor uitgang gevalideerd.
Het voor uitgang gevalideerde exemplaar 3 van deze aangifte moet hierna terug in bezit komen van uw bedrijf als element van bewijs van de btw-vrijstelling. Dit dus om aan te tonen t.a.v de BTW-Administratie dat de betrokken goederen de EU effectief hebben verlaten.
Wat is de procedure bij invoer?
De invoer van goederen uit derde landen (niet EU-landen) is een belastingplichtige handeling en maakt dat uw bedrijf bij het binnenkomen van de goederen in de EU (in casu in BE) douaneformaliteiten moet verrichten.
In een B2B-omgeving (business to business) maakt die invoer de btw in principe verschuldigd in hoofde van uw bedrijf (z. art. 3 van het W-btw). De btw is verschuldigd op het tijdstip dat u de goederen op het stuk van douane in het vrije verkeer brengt (ten invoer aangeeft).
De betaalde btw kan u normaalgesproken via uw volgende btw-aangifte weer terugvorderen nadien.
De maatstaf waarover het bedrag van de bij invoer verschuldigde btw wordt berekend, is de douanewaarde (voor de berekening van de invoerrechten / zie hierboven) vermeerderd met de invoerrechten en een aantal kosten van vervoer, verzekering, douaneformaliteiten, etc. tot op de plaats van aflevering. Deze maatstaf is dus nooit gelijk aan de transactieprijs van de aankoop.
De verschuldigde btw dient onmiddellijk aan de Belgische douane betaald worden of – belangrijk – , als u daarvoor de vereiste vergunning ET14000 bezit, via uw periodieke btw-aangifte aangegeven te worden. Deze laatste manier van betalen (ook verlegging van de heffing genoemd) laat u toe de voorfinanciering van de btw te vermijden!
Gezien u hierdoor de btw niet telkens voor enkele maanden hoeft voor te financieren zal het verkrijgen van dergelijke vergunning dus ook een zeer gunstig effect op de kaspositie van uw onderneming hebben!
Hiernaast heeft dit voor alle betrokken partijen gelijk ook het voordeel dat de inklaring van uw goederen sneller en eenvoudiger kan worden afgehandeld, waarbij onnodige vertragingen ten gevolge bijvoorbeeld het voorafgaande betalingsverkeer vermeden kunnen worden.
Er zijn geen kosten aan de aanvraag verbonden en het overgrote deel van de bedrijven voldoen al snel aan de gestelde voorwaarden!
In de betrokken BTW-circulaire kan u alle noodzakelijke informatie als voorwaarden en boekhoudkundige details vinden.
Wij adviseren u dan ook graag deze informatie met uw boekhouder te delen en de aanvraag tijdig in te dienen.
Goedgekeurde plaats
Last but not least, willen we er u graag attent op maken dat u bij de douane een vergunning kan aanvragen om de goederen in uw eigen bedrijf ten uitvoer of ten invoer kan aan te geven.
Een eventuele douanecontrole zal dan ook in uw eigen bedrijf of magazijn worden uitgevoerd.
Indien u niet over dergelijke toelating beschikt moeten de goederen telkens op het bevoegde douanekantoor of een andere door de douane goedgekeurde locatie worden aangeboden.
Zeker in het geval u op geregelde basis goederen exporteert, en eventueel ook wanneer u op geregelde basis goederen importeert, adviseren wij u om zulke vergunning 'Goedegekeurde Plaats' aan te vragen. Zo vermijdt u onnodige omwegen in het transport alsook de bijbehorende kosten en tijdverlies!
Wat uitvoer (GLP) betreft is de aanvraag volledig kosteloos en de meeste firma's voldoen al gauw aan de gestelde voorwaarden!
Inzake invoer (GLLP) zal er wel een borg t.a.v. de douane dienen worden gesteld.
GLP = Goedgekeurde Laadplaats (enkel export)
GLLP = Goedgekeurde Laad- en Losplaats (import & export)
Alle informatie, aanvraagformulieren, etc. kan u hier vinden.
Bron: website Algemene Administratie Douane en Accijnzen.
Heeft u interesse in een samenwerking met onze firma?
Aarzel niet langer en neem geheel VRIJBLIJVEND contact met ons op!
Copyright ©2024 ClearCustoms BV Alle rechten voorbehouden.